Dag: 1 juni 2019

Vakantie…?

Ik geniet in bijna horizontale stand van het zonnetje als ik word opgeschrikt door een snerpend lawaai. Het blijkt een dame met een bijzonder irritante, bijna Amerikaans aandoende nasale stem te zijn. Dat is nog wel te verdragen, als iemand af en toe wat zegt, maar deze dame is gewend om haar personeel -in dit geval haar mannelijke reisgenoot, maar gelet op zijn onderdanige manier van antwoorden, vermoed ik dat hij haar man is- direct en met heel veel woorden aan te sturen.

Het begint al met het op de plek manoeuvreren van de caravan. Zij geeft driftig aanwijzingen, die haar man direct en onverbiddelijk opvolgt, maar als het gevaarte staat, vindt mevrouw het niet goed en begint het geven van orders opnieuw.

Ik laat Marijke ? zachtjes weten wat ik er van denk en ik zie haar glimlachen; wij waren altijd zeer eensgezind in onze (voor)oordelen over mede-kampeerders.

Nadat de caravan eindelijk zo staat dat het mevrouw haar goedkeuring kan wegdragen, start het pandemonium opnieuw, maar nu met de auto als onderwerp. Als uiteindelijk ook deze ook een goedgekeurde plaats op het hun toegewezen veldje heeft gekregen, bekommert de vrouw zich over de vraag waar de stroom vandaan gehaald moet worden?

Blijkbaar is het vertrouwen in haar metgezel niet groot, want even later zie ik de dame in kwestie achter de caravan vandaan benen. Een ondefinieerbare niet-natuurlijk blonde boblijn in een vale korte broek, waaronder hele witte beentjes, beent over het pad van de camping. Ze struikelt bijna over de stroomvoorziening die daar parmantig staat opgesteld en deelt op onnavolgbare wijze haar geluk met nog wat extra volume richting haar mannelijk partner, die op nog geen 10 meter van haar af staat. Mijnheer gaat vervolgens met 10 meter kabel lopen richting de stroomvoorziening om tot de conclusie te komen dat 10 meter meestal genoeg is, maar nu niet.

Als dan eindelijk alles is neergezet en aangesloten, hoor ik de dame in de caravan rommelen en ik hoor geluiden die doen vermoeden dat er af en toe iets uit een kastje valt. Ik hoor de man vervolgens zachtjes richting de caravan roepen: “ Ik ga even de camping verder bekijken” en hij loopt kwiek en met grote passen steeds verder van de caravan vandaan; hij heeft even een paar minuten vakantie…

Wat maakt een dag mooi?

Wat maakt een dag mooi?

Zon prikkend op mijn huid
Lezen over kindje dat overlijdt
Wit laken aan de waslijn
Een vogel fluit zijn lied
En tussen de regels door
Voel ik jouw aanwezigheid
En weer die tranen
Herinneringen, herinneringen…
Wat fijn dat ik ze heb
Ze drogen mijn tranen
Ze maken mijn dag mooi

(C) Ruud Vorstermans

Menu Title